Nederland profileert zich duidelijk als pionier in duurzaamheid. Zo wil ons land in 2050 volledig circulair en klimaatneutraal zijn. In elke sector liggen de ambities dan ook hoog, van technologie tot landbouw en voeding. Maar geldt dat ook voor de Nederlandse telecom- en energiesector? Jazeker, zo blijkt op het Circet-rondetafelgesprek over ESG. In een snel tempo licht een selecte groep experts kansen toe voor de sector en hoe we die het beste aangrijpen. Dit zijn de opmerkelijkste conclusies van dat gesprek.
Kortom, de ideale plek om ervaringen en inzichten uit te wisselen over ESG in de Nederlandse telecom- en energiesector.
Op de agenda
Visie: is het van moeten, willen en/of kunnen voor de sector?
Ambitie: waar leggen we de lat voor onszelf?
Strategie: wat zijn de grootste uitdagingen én kansen voor telecom- en energiebedrijven?
Samenwerking: hoe krijgen we iedereen in de keten op dezelfde lijn?
Communicatie: waarom is authentieke en open communicatie zo belangrijk?
Deelnemers: Alliander, VodafoneZiggo, BP, DELTA Fiber, Eurofiber, Odido, A&M Recycling
Het verschil tussen de mensen met de pen – die de doelstellingen uitschrijven – en de mensen met de handschoenen – die de doelstellingen uitvoeren – moet kleiner worden. Pas dan boeken we duurzame vooruitgang.
#1 Visie
Moeten? Ja. Willen? Ja. Kunnen? Wordt aan gewerkt.
Het gesprek is amper aan de gang als verplichtingen zoals de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) en Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CS3D) de revue passeren. Deze nakende Europese verplichtingen wegen op alle deelnemers, maar het gaat opvallend snel over de positieve kant van ‘moeten’. Zowat iedereen ziet dit als dé gelegenheid om als bedrijf eens echt voor de spiegel te staan.
Ook over ‘willen’ is er snel eensgezindheid. ESG zit bij de meeste bedrijven vervat in de bedrijfsstrategie en vindt een draagvlak op alle niveaus. Meer zelfs, dankzij dat draagvlak dagen bedrijven zichzelf uit om jaar na jaar beter te doen en standpunten in te nemen in domeinen die vroeger misschien buiten de comfortzone vielen.
Maar ‘kunnen’ we al een verschil maken op ecologisch, sociaal een bestuurlijk vlak? Van willen naar kunnen blijkt een grote stap. Het houdt immers in dat je moeilijke beslissingen moet maken. Soms is de duurzame keuze nu eenmaal de duurste – toch zeker in het begin. Je moet bijvoorbeeld ook kunnen accepteren dat je dan met tweedehandsproducten werkt of de veilige kudde niet volgt. Die mentaliteit is nog work in progress. Een ding is zeker: de hele keten moet mee.
#2 Ambitie
Een pleidooi voor realisme
Aan ambitie geen gebrek bij de deelnemers. Maar belangrijker dan een hoge, welluidende ambitie is een realistisch stappenplan om vooruitgang te boeken. Dat plan moet vanuit de bedrijven zelf komen – en dus niet opgelegd worden. Het hoeft ook niet altijd om doelstellingen van 100% te gaan, niet zwart of wit te zijn. Als de verandering te groot lijkt, dan haken veel mensen immers af.
Daarnaast missen we nog technologieën om bepaalde zaken waar te maken. Enkel werken met elektrische graafmachines op projectlocaties is op dit moment simpelweg niet haalbaar. Bovendien heb je als bedrijf niet alles zelf in de hand. Denk bijvoorbeeld aan de uitstoot van broeikasgassen. Voor veel bedrijven is het Scope 3-aandeel (= de uitstoot die in je keten zit) meer dan 90%. Het kost tijd en moeite om dat aandeel en dus je totale uitstoot drastisch te reduceren. Dan moet je niet te hard van stapel lopen.
Nee, beter focussen we op acties die in het werkveld haalbaar zijn. Het verschil tussen de mensen met de pen – die de doelstellingen uitschrijven – en de mensen met de handschoenen – die de doelstellingen uitvoeren – moet kleiner worden. Pas dan boeken we duurzame vooruitgang.
#3 Strategie
Onvoorspelbaarheid is remmende factor
Op werd dialoog tussen bedrijven aangestipt als een van de grootste uitdagingen. Niets daarvan in Nederland. Het woord ‘poldermentaliteit’ valt snel: overleg blijkt eerder regel dan uitzondering.
Wat wél voor wrevel zorgt, is onvoorspelbaarheid. Een voorbeeld van een deelnemer: “Eerst gaan we volop voor laadinfrastructuur voor elektrische wagens, dan weer niet. Of morgen voldoet aan bepaald laadpunt niet meer aan de nieuwe criteria. Zo heb je nooit zekerheid in een goede afloop als je investeert.” De anderen knikken instemmend. Zo ook Patrick Block, onze CTO & ESG Coordinator bij Circet Benelux: “Elke opdrachtgever heeft andere eisen, wat een uniforme aanpak nagenoeg onmogelijk maakt.”
Dat we als sector geregeld met elkaar praten is een goede eerste stap. Nu moeten we ook nog de verhalen en doelstellingen op elkaar afstemmen in de keten, inclusief de lokale overheden.
#4 Samenwerking
Logisch, want we moeten allemaal dezelfde richting uit
Als ijsbreker voor een gesprek rond samenwerking gooien we deze tegenstelling in de groep en vragen we om een kant te kiezen:
Enigszins tot onze verbazing zitten veel deelnemers aan de linkerkant van het spectrum. Onderscheidend vermogen blijft cruciaal voor commerciële bedrijven en ESG is zeker een veld waarin je dat kan realiseren ten opzichte van concurrenten.
In de ideale wereld is het evenwel een en-en-verhaal. Alleen ga je snel, samen ga je verder. En dan is het vaak een kwestie van gewoon doen. Zo kunnen bedrijven samen pilootprojecten opstarten om de haalbaarheid van bepaalde werkwijzes te testen. Wat alvast een versnellende factor kan zijn voor samenwerkingen is een gelijk speelveld en een gemeenschappelijke taal voor de hele sector. Zo voelen de deelnemers veel voor de intrede van levenscyclusanalyses (LCA’s) die ook in de bouwsector hun nut bewezen.
Op welke manier Circet een cruciale rol kan spelen
Als spin in het web: doordat we voor veel (types) organisaties werken is Circet een centraal punt in de sector. We zien dus vaak als eerste best practices opduiken. Die gaan we meer proactief meenemen in projectvoorstellen.
Als versneller: organisaties zoeken in toenemende mate naar partners die hen helpen om de doelstellingen op het vlak van duurzaamheid waar te maken. Dat opent mogelijkheden voor Circet. Denk bijvoorbeeld aan het opzetten van CO2-neutrale projectlocaties.
Als vernieuwer: telecom- en energiebedrijven zeggen hoe iets technisch moet worden uitgevoerd, maar leggen nog te weinig nadruk op het bredere resultaat. Die aanpak werkt duurzame innovatie tegen. Bedrijven zien dit in en willen van Circet horen hoe het anders kan.
Als stem van de rede: opdrachtgevers laten zich soms verleiden tot ambitieuze beloftes aan consumenten, zoals same-day repair of aansluitingen binnen de 48 uur. Maar dat heeft vaak een negatief effect op ESG-doelstellingen. Circet kan dan een slimmere planning voorstellen.
#5 Communicatie
Haal de schijnwerpers geregeld van onder het stof
Communiceren we genoeg over onze inspanningen op het vlak van ESG? Neen, luidt het in koor. De meeste communicatie komt van de kant van de klagers; zij die vinden dat de vele verplichtingen en eisen onredelijk zijn. Aan de kant van de oplossers blijft het vaak oorverdovend stil.
Iemand zegt: “Wat wij doen rond duurzaamheid vinden we normaal. Dus we praten er niet over.” Maar een buitenstaander vindt het misschien wél nieuwswaardig. Meer zelfs, een case over circulair materiaalbeheer kan anderen misschien inspireren om het ook zo aan te pakken. Een succesverhaal rond medewerkerswelzijn? Delen. Een sterk staaltje ethisch handelen? Praat erover. Het is pas met laagdrempelige communicatie rond duurzame thema’s dat we iedereen aan boord krijgen – intern en extern.
Meer weten over de acties van Circet om aan een duurzamere wereld te bouwen? Dit is hoe we lokaal voor positieve impact gaan